Over de Psalmen: Hij laat zich kennen....

Een typische vraag voor een gelovige is: hoe leer ik God kennen?

Maar, een vraag die gelovigen en niet gelovigen verbindt, gaat daar vaak aan vooraf: de zoektocht naar het hoe en waarom?

Hoe is het leven ontstaan?

Wat is onze bestemming?

En waarom is de wereld zoals hij is?

Deze grote vragen van het leven, noemen we ook wel de vraag naar zingeving. Wereldwijd en in alle religies, hangt voor gelovigen het antwoord van die vragen samen met hun geloof. Ongeacht je eigen aandeel ( en dat mag heel groot zijn), komt de zin van het leven altijd van een 'andere kant' naar ons toe. Die kant noem ik, God, Heer , Vader. En dat roept de vraag op hoe leer ik Hem kennen?

In Psalm 19 geeft de Heer zelf een antwoord. Psalm 19 beschrijft hoe de God zich aan ons bekend wil maken; hoe Hij zich laat kennen. Je kunt de Psalm in drie delen opslitsen. De eerste twee delen bezingen hoe God zich toont in Zijn schepping( vers 1- 7) en in Zijn wet( vers 8 - 12).

Het derde deel brengt ons bij de derde wijze van kennismaking met onze God en Vader: Zijn vergeving en Nabij- zijn. God laat zich dus kennen door Zijn schepping en in Zijn wet. Maar, hoeveel we ook ontdekken en leren, we zullen de hele schepping en de hele wet nooit kunnen bevatten. Met de woorden van Paulus: ons kennen schiet tekort.

Zoals de zin van ons bestaan ons door God wordt gegeven, zo zal ook het kennen van God bij Hem zelf moeten beginnen. De psalmist herkent dat ook. Actueler dan ooit; het onderhouden van Gods schepping gaat ons slecht af; om over het onderhouden van de wet nog maar te zwijgen.

Bewust en onbewust glipt het me keer op keer weer uit de handen. Al schaden we Zijn schepping, en bevuilen we Zijn wet. De Heer treed ons tegemoet. Hij laat zich kennen. Wij zijn niet uit Zijn oog.

 

Inwoning

Toch is mijn leven niet te kort

Om ook U te vermoeden(....)

Ik ben hier kort

Ik ben gezien

 

Raadselachtige inwoning

Bent U voor mij,

Dagelijks haalt U diep

In mij adem.

Wanneer ik de tuin verzorg,

Zegt U tot mij:

' Wat in knop komt,

ooit zal dat sterven.,

- Psalm 90

Visioen van hemel op aarde

God, de Heer bepaalt het tempo van mijn werk,

Ik behoef mij niet te jachten.

Altijd schenkt Hij mij

Een moment van stilte,

Een adempauze, waarin 

Ik tot mijzelf kan komen.

Hij roept dan voor mijn ziel

Beelden op,

Die mij tot rust doen

Komen en kalmte geven.

Vaak zorgt Hij, dat mij

zonder inspanning iets gelukt

En ik kijk er zelf blij verrast 

Van op

Hoe vol vertrouwen ik

Dan kan zijn.

Ik merk wel: het hart kent

Slechts rust

Als men de Heer vertrouwen schenkt.

Al heb ik het veel te druk

Toch is het niet nodig,

Dat ik mijn innerlijke vrede kwijt raak.

Elk uur en in alle dingen is Hij aanwezig

En daarom verdwijnt de dreiging

Uit het andere

Midden in de drukte van het leven

Doet Hij mij vaak iets ervaren,

Dat moedgevend is

Dan is het alsof iemand mij 

Een verfrissing aanbiedt.

En ineens is daar die

Innerlijke vrede

En diepe zekerheid geborgen

Te zijn,

Ik voel dat mijn kracht toeneemt,

Dat ik mijn evenwicht herwin

En ik mijn dagelijks werk weer

Met succes aankan.

Daarenboven is het 

Heerlijk om te weten

Dat ik wandel in het

Voetspoor van mijn Heer

En dat voor mij en altijd

Bij Hem mijn thuis is.

 

- Toko Miyaschina hertaling Psalm 23

 

 

Oneliners uit de Psalmen

Laat toch vliegen

Psalm 10: over opgeblazen goddelozen

Mijn God, verkeerde heren regeren deze wereld

Waar de kleinen worden gekleineerd en arme drommels verdomd.

--------

Pelgrimage

Psalm 120: van een onbewoonbare plek naar het oord van vrede

Wat doe ik hier nog,

Wat kan ik hier nog?

Wat leef ik hier nog,

Wat woon ik hier nog?

Ik moet nodig naar Jeruzalem.

---------

Tel je dagen

Psalm 88- 90

Ik ga elke dag tellen, zodat elke dag telt

Ik ga elk uur beleven, zodat ik elk uur leef.

Ik maak dat ik elke minuut meemaak die mij rest

Want zolang ik er ben, ben ik in leven.

Doodgaan is voor later, doodgaan kan altijd nog.

Psalm 23

Was ik een schaap

Was Hij mijn herder

Wist Hij waar groen grasland

Was

En koel, helder water,

Wilde ik weglopen,

Gaf Hij me een tik met zijn stok.

En was ik zoek,

Ging Hij me zoeken.

 

Ik was niet bang

Want Hij was bij me

Ook al moesten we langs

Een eng, smal pad,

Ik zou het best durven

Wolven of leeuwen, het

Maakt niet uit,

Hij jaagt ze de stuipen op het lijf.

En wie mij kwaad wil doen

Die lacht Hij vierkant uit.

 

Hij moedigt me aan,

Hij maakt me sterk en dapper.

Met Hem  erbij lukt het wel,

Alle dagen van mijn leven.

Was ik een schaap

Dan wist ik het wel.

- Karel Eykman

De taal van God

Wat een geluk,

Wanneer je iemand bent

Die niet wil opscheppen

En het niet zoekt in sensatie,

Die liever eenvoudig leeft

En bescheiden zijn verhaal doet.

Dan ben je een mens

Naar het hart van God.

Zo iemand staat sterk

In het leven,

Stevig geworteld als een boom

Die is niet omver te krijgen.

Zo iemand houdt stand

En kan tegenslag verdragen.

Vriendelijkheid gaat er van uit.

Wat een geluk

Wanneer je zo bent,

Want eenvoud is de

Taal van God

-  Adrie Lint  Psalm 1

Op je sterkst

Leven zoals je bedoeld bent,

Onverstoorbaar

De aangewezen weg gaan

Niemand beledigen,

Niemand misbruiken,

Niemand laten vallen.

Gewoon

Beantwoorden aan de verwachting,

Mens zijn voor de mensen.

Een die goed doet,

Een die betrouwbaar is,

Reisgenoot, onderdak -

Op je mooist ben je dan,

Op je sterkst,

Mens, onwankelbaar mens.

Jij,

Je mag thuis zijn de Verhevene,

Is heel gelukkig met jou.

- Hans Bouma  Psalm 15

 

 

God is geen mens

God is geen mens die in slaap valt

Je raakt bij Hem niet uit het oog

Hij gaat met je mee en

Blijft bij je,,

Zo zeker als je schaduw

Bij je blijft en je niet verlaat.

Hij bewaart je als de zon schijnt overdag

En 's nachts als de maan schijnt.

Je raakt niet verloren,

Zelfs niet in het duister

Van het Kwaad.

Hij zal je bewaren die die je bent:

Je diepste zelf.

God zal je bewaren in 

Leven en dood,

Tot in eeuwigheid.

- Psalm 32

God keer Uw gezicht niet af van mij

Er zullen deze nacht geen sterren zijn,

Er is geen maan, ik eet

Mijn brood met as

En tranen, tranen mengen

Zich met wijn.

Ik ben geslagen en verdord

Als gras;

Er is geen maan,

Ik eet mijn brood met as.

Mijn God, keer Uw gezicht

Niet af van mij,

Ik ben geslagen  en verdord

Als gras

En alle dagen gaan als

Rook voorbij.

Mijn God keer Uw gezicht

Niet af van mij:

De lucht is leeg, de weide

Een woestijn

En alle dagen gaan als 

Rook voorbij.

Er zullen deze nacht

Geen sterren zijn.

- Imme Dros   Psalm 102

Looft God als de minste mens

Looft God niet meer overal ,

Zoek hem niet bij macht, getal,

Denk hem niet in pracht en praal,

Geef hem niet een koningszaal.

Slijp hem van de ronde gulden,

Maak van hem geen topfiguur,

In de wolken, hoog en guur, -

Hij bedankt voor al die hulde!

Looft god als de minste mens,

Vogelvrij en zonder grens,

Ieder ogenblik bedreigd,

Leven dat geen aandacht krijgt,

Diep miskend en grof bestreden.

Hij hoopt dat er mensen zijn,

Die hem zoeken in het klein,

Waar hij roept om recht en vrede!

- Dorothee Sölle  Psalm 150

Op de vlucht

Mijn leven is alleen nog maar lopen

In een vloek en een zucht.

Geen deur meer open

Ik ben op de vlucht...

Waarheen kan  ik nog gaan

Aangeschoten, opgejaagd?

Ze kijken  me meewarig aan

Ik ben bij voorbaat

Weggevaagd.

 

Ik hoor ze al praten:

'Die maakt het niet lang!

Ik voel me godverlaten

Uitgestoten en ook bang.

Ik kan het wel vergeten

Ik weet nergens meer van.

En God mag het weten

Welke kant ik nog op kan.

 

Waar is de God gebleven

Die altijd redt uit de nood?

Ik ben al opgegeven

Tot in de uithoek van de dood.

Ach, Heer, houd mij staande

Houd mij overeind

Ach Heer, houd mij gaande

Tot U eindelijk verschijnt.

- Karel Eykman   Psalm 3